“Mijn boodschap is: de zorg is enorm in beweging op dit thema”, aldus Van Engelen, die op 5 juni tijdens de Vakbeurs Facilitair & Gebouwbeheer uitvoerig op het thema zal ingaan. “In de zorg worden steeds meer keurmerken gebruikt voor duurzame bedrijfsvoering. Die gelden ook voor de inkoop van facilitaire diensten en producten. Duurzaamheid is voor veel productgroepen inmiddels een randvoorwaarde. Zorgorganisaties kiezen steeds vaker voor een duurzame variant. Van leveranciers wordt echt verwacht dat ze meedoen met de transitie.”
Van Engelen wijst in dit verband ook op de rol van de zorgverzekeraars. Die hebben dit jaar allerlei concrete duurzame eisen en verwachtingen in hun zorginkoopbeleid opgenomen. Zo verwachten ze dat zorgaanbieders actief aan de slag te gaan met de doelen uit de Green Deal Duurzame Zorg 3.0. Daarnaast dienen ze duurzaamheid op te nemen in de strategie. Ook moeten aanbieders een CO2-routekaart voor de gehele vastgoedportefeuille en een mobiliteitsplan opstellen.
Specifieke aandachtspunten zijn het terugdringen ongesorteerd restafval, medicijn- en voedselverspilling. Disposables moeten wat de verzekeraars betreft vervangen worden door reusables. En de verzekeraars maken zich sterk voor de transitie van dierlijke naar plantaardige eiwitten.
De eisen van zorgverzekeraars zijn primair bedoeld om zorgaanbieders in beweging te zetten, maar ze hebben volgens Van Engelen indirect ook onherroepelijk hun weerslag op leveranciers. “Doordat zorgverzekeraars dit jaar duurzame inkoopeisen duidelijk neerzetten, trekken we uiteindelijk de hele keten mee.”
Naast het aangescherpte zorginkoopbeleid zijn er ook nog de Europese regels die leveranciers rechtstreeks raken. Zo komt er in de vorm van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) een verplichte duurzaamheidsrapportage. “Die geldt nu voor grotere leveranciers, maar straks voor alle bedrijven met meer dan 250 medewerkers”, verduidelijkt Van Engelen.
Ondanks al deze impulsen is de toeleveringsindustrie naar Van Engelens idee nog niet altijd klaar voor de transitie naar duurzaamheid. “De echt grote leveranciers zijn wel voorbereid, maar ik heb het idee dat het accountmanagers vaak niet uitmaakt, als er maar verkocht wordt. Dat is natuurlijk ook hun werk. Maar vanuit de zorg worden eisen steeds harder. Het is bestuurlijk en strategisch een niet te vermijden onderwerp. Afdelingen moeten daarin mee en hebben daardoor steeds minder vrijheid om naar eigen inzicht inkoopafspraken te maken met leveranciers.”
Daarmee stipt Van Engelen een lastige hobbel aan. De meeste zorgorganisaties hebben kleine financiële marges. Kostenoverwegingen spelen dan ook altijd een belangrijke rol bij de inkoop van facilitaire diensten en producten. In hoeverre staat dit verdere verduurzaming in de weg? “Prijs blijft een heikel ding”, erkent Van Engelen. “Het is moeilijk om maatschappelijke kosten door te vertalen in het huidige prijsmodel. Maar op de lange termijn bespaar je kosten. Er is hoe dan ook geen weg meer terug, los van wat er in Den Haag gebeurt.”